21. sep, 2021
Hoofdstuk 1 – rond 11/01/2021
Hé, ik ontdek net dat ik mijzelf totaal niet heb voorgesteld. Laten we daar dan mee beginnen in het eerste hoofdstuk. Goed? Nee wacht, jij kan niet antwoorden. Oh ja, je zal zien dat ik mijn aanspreking naar de lezer, jij dus, niet meer netjes of formeel wil houden. Daarom bent U veranderd naar een jij.
Laten we beginnen. Mijn naam kent u al. Hé, nu schrijf ik u in plaats van jij. Bon, het is heel afhankelijk van hoe ik mij op het moment van het schrijven dus voel. Oké?
Wat ik altijd heel cool vond aan mijn naam was dat er niet veel bijzonders is aan de betekenis van ‘Van Maele’. In het 5de middelbaar, toen ik op het Koninklijk Atheneum te Grimbergen zat, kregen we een opdracht van onze leerkracht Nederlands. We moesten de betekenis van onze familienaam dus opzoeken. Ik denk dat je dat al door had. En wat bleek? Van Maele betekent letterlijk ‘zak’.
YAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAY! Zak.
Ik had in de jaren daarvoor al ontdekt dat ik een zeer grote interesse had in geschiedenis, waaronder de geschiedenis van mijn familie. Eén van de eerste boeken die ik ooit las, was Jonkvrouw. Een heel goed historisch boek over… Margaretha van Male. Deze geweldige vrouw heeft jammer genoeg niets met mij te maken, ook al voelde ik me spiritueel heel verbonden met deze vrouw. Voor de niet-spirituelen onder ons: haak alstublieft niet af, want het kan interessanter worden. Deze vrouw had, naar mijn mening en gevoel, een duidelijke vorm van hyperactiviteit en was een echte dromer. Een piekeraar. Net zoals ik mijzelf nogal gemakkelijk kan omschrijven. Behalve het hyperactieve. Dat is met momenten maar. Ik ben vooral liever heel passief. Maar laten we daar nog niet over beginnen.
Margaretha van Male was een jonkvrouw, dochter van één van die vele Lodewijks in het verleden én had een kasteel in… jawel… Grimbergen. Waar ik 25 jaar gewoond heb!
Verliefd ben ik op Grimbergen, op mijn naam en op geschiedenis. Ook door die leuke opdrachten en interessante onderwerpen tijdens de lessen Nederlands, werd mijn liefde voor leerkracht zijn enorm groot.
Wat mij dan weer terugbrengt naar de eerste keer dat ik met een topleerkracht kennis heb gemaakt.
We beginnen bij het prille begin.
Op een mooie dag. In mijn melkherbergje. Nee nee, grapje. 90’s-kind hé. Dat zit gewoon in je hoofd.
Op een vrij druilerige dag, 23 juni 1993 rond 11u, na een bezoekje gebracht te hebben aan het Atomium, beviel Rita Maes van een bolletje kind. Het was vrij moeilijk geweest voor haar en haar man om kinderen te krijgen. Na hun eerste kindje, Audrey, wisten ze dat ze nog een tweede wilden. Bij deze, een tweede kindje, een tweede wonder voor hun: Margaux. Ik! Jippie!
Ik kan niet veel zeggen over die eerste jaren, behalve dat ik een gelukkig kind was met vaak een gezicht als dat van een zuurpruim. Waarom? Geen idee. Mijn zus heeft mij dat altijd gezegd. Dat zij en onze papa daar altijd mee lachten. Mijn moeder was altijd thuis, gezien zij haar job als leerkracht (Plastische Opvoeding en geschiedenis rond kapsels en mode) had stopgezet na het krijgen van haar eerste kindje. Mijn zus en ik kregen echt alle liefde die we nodig hadden van onze mama en papa. Papa, een tandtechnieker die zonder enige steun van zijn ouders (dat heb ik er toch onder verstaan), was altijd een heel opgewekte man met kleine pretoogjes die je bijna niet zag als hij glimlachte en een mond vol valse tanden. Niet dat hij op zichzelf experimenteerde, hij had gewoon pech met zijn gebit gehad. Je hoort het dus, aan liefde hadden wij geen tekort. Aandacht en zorg was er in overvloed.
Ik waarschuw jullie nu al, ik leg alles uit in dit verhaal. De leuke en minder leuke momenten. Ik heb hier nood aan. Mijn moeder’s vader, mijn Bompa, was voor mij altijd een bolletje zon. Net zoals zijn twee zussen, tante Jeannine en tante Julienne. Tju en tja voor de familie. Over deze twee engeltjes later meer. Mijn Bompa had heel wat talenten en interesses; kunst (hij schilderde prachtig) en sport (hij had medailles in verscheidene sporten, maar was vooral een enthousiast supporter in de atletiekwereld). Je zou kunnen zeggen dat deze interesses en talenten zijn doorgegeven aan zijn oudste dochter, mijn moeder. Zij heeft deze dan weer gesplitst en doorgegeven aan haar twee dochters. Zo zie ik het altijd. Mijn zus, de sportieve en ik, de kunstzinnige. Lang heb ik mij aan dat beeld vastgehouden. Tot mijn zus in de corona-tijden ineens graag werkte met kleiwerk. Och ja, we kennen allemaal het jaar 2020 als het jaar waarin we nieuwe interesses en talenten ontdekten.
Mijn eerste droevige moment was toen mijn Bompa ziek werd en we vaak naar het ziekenhuis te Jette gingen om hem een bezoekje te brengen. Na een bezoekje gingen we vaak ergens eten, waaronder in ‘de Italiaan’ in Grimbergen, Il Casale of – een beetje gemakkelijker – de Quick/Pizzahut. Die twee fastfoodketens te Wemmel/Jette zijn vlak naast elkaar gebouwd, wat het altijd leuk maakte voor mij omdat ik nooit wist welke we gingen bezoeken. Niet dat we dat zo veel deden, maar kom, een fastfoodketen met een gigantische indoor speeltuin voor kids van onze leeftijd, na een somber bezoek in een ziekenhuis? Wie zou daar niet naartoe gaan om even uit te rusten en alles op een rijtje te kunnen zetten.
Dus, tegen mijn 7de, het begin aankondigend van een nieuwe eeuw, verloor ik mijn lieve lachende opa aan kanker. Wat herinner ik mij aan zijn begrafenis, is een klein drama. Mijn moeder heeft één zus, een beetje jonger dan haar. Zij heeft twee kinderen gekregen rond dezelfde tijd als mijn moeder. Een oudere nicht en een even oude neef voor mij dus. Mijn neef en nicht stonden in de rij toen er hosties werden uitgedeeld in de kerk tijdens de begrafenis van onze Bompa. Wat klopt er niet aan het plaatje? Ze waren beide niet gedoopt. “Wat een schande!” zal je wel denken? Of niet? Ik weet niet hoe gelovig u bent. Hé, ik ben jou weer aan het aanspreken met ‘u’. Wow, dit is allemaal verwarrend.
Dus… hosties op een begrafenis aan twee ongedoopte kinderen. Who cares? Achteraf gezien kan ik zeggen dat dit één van de vele druppels was die in een pot vol water terecht kwamen. De bom was klaar om af te gaan.
Ik weet niet veel meer van die tijden, de eeuwwisseling. 2000 heeft voor mij nog maar weinig herinneringen, behalve die aan dé 2000-collectiepop van Barbie. Ik zet er een foto bij, zodat het voor de lezer, u dus, leuker is om het te herbeleven.
Oh ja, de mop van de eeuwwisseling, in mijn derde leerjaar door juf Chris, is ook zo één van die herinneringen die ik nog heb aan de jaren 2000 en 2001. Die luidt als volgt: “Aha, nu is jullie franc gevallen, hé? Ah nee, jullie EURO is het vanaf nu. HAHAHAHAHAHAHAHA!”
Bon… Met deze geweldige mop van die leuke juf eindig ik hoofdstuk 1, mijn eerste 8 jaren vol liefde, geluk, drama’s in de de kerk, leuke, maar ook minder leuke herinneringen.
Bompa, ge zijt een geweldige mens en ik kan alleen maar hopen dat ik wat van uw liefdevolle karakter heb geërfd.